Deze term wordt te pas en vooral te onpas gebruikt als er op röntgenfoto’s geen duidelijke klinische verschijnselen te zien zijn, terwijl het paard wel kreupelheidsklachten of onregelmatigheid vertoont. Ook als de klinische verschijnselen wel radiografisch aantoonbaar zijn maar niet te rijmen zijn met de mate van kreupelheid, wordt deze vage diagnose tevoorschijn getrokken.
In veel gevallen betreft het een incomplete of incorrecte diagnose van palmaire hoefpijn anders dan hoefkatrolontsteking. Botoedeem (botkneuzing), tendinitis van de diepe buigpees, desmitis van de straalbeenligamenten en naviculaire bursitis lijken wat betreft klinische verschijnselen genoeg op hoefkatrolontsteking om ermee verward te worden. Ook laaggradige hoefbevangenheid kan makkelijk als hoefkatrolontsteking geïnterpreteerd worden.
De misdiagnose kan te wijten zijn aan de misplaatste overtuiging van de dierenarts dat hoefkatrolontsteking enkel op basis van anamnese en klinisch onderzoek vast te stellen is. Gelukkig komen we dit soort dierenartsen steeds minder vaak tegen. Een andere reden ligt in de kostbaarheid of gebrekkige beschikbaarheid van bepaalde geavanceerde diagnostische beeldvormingstechnieken. Tenslotte zijn er mensen zonder veterinaire bevoegdheid die niet te beroerd zijn om elke pas uit de maat van je paard als teken van ‘klinisch hoefkatrol’ te benoemen.
Wordt je paard door de dierenarts of iemand anders in het hokje ‘klinisch hoefkatrol’ geplaatst, neem dit dan niet voor lief. Zie het als een aanleiding om serieus op zoek te gaan naar de werkelijke oorzaak van de klachten die je paard laat zien.
Je wilt meer weten
Hou je van dit soort uitgebreide en objectieve informatie over hoefkatrolontsteking? Het boek ‘Hoefkatrolontsteking : begrijpen, behandelen, voorkomen’ staat er vol mee! 214 pagina’s met toegankelijke, wetenschappelijk onderbouwde kennis, inzichten en adviezen die jou en je paard gaan helpen.